Gebruik van het Engelse werkwoord überstülpen
Gebruik van het Duitse werkwoord überstülpen (opzetten, opdringen): met voorzetsels, indirect object, direct object, passieve informatie, gebruik en omgeving in het valentie-woordenboek.
C2 ·
werkwoord · haben · regelmatig · <ook: overgankelijk · scheidbaar · onafscheidelijk · reflexief · passief>
Samenvatting
überstülpen
Objecten
(sich+D, acc., dat.)
-
jemand/etwas überstülpt
-
jemand/etwas überstülpt
etwas -
jemand/etwas überstülpt
jemandem etwas -
jemand/etwas überstülpt
sichetwas
Passief
passief mogelijk
Samenvatting
Nog geen gebruik gedefinieerd.
anziehen, bekleiden, ankleiden, einkleiden, Kleidung anlegen, (etwas) überziehen
(sich+D, acc., dat.)
Actief
jemand/etwas überstülpt
jemand/etwas überstülpt
etwas jemand/etwas überstülpt
jemandem etwas jemand/etwas überstülpt
sichetwas
Processueel passief
etwas wird (vonjemandem/etwas )überstülpt
etwas wirdjemandem (vonjemandem/etwas )überstülpt
etwas wird sich (vonjemandem/etwas )überstülpt
Statieve passief
etwas ist (vonjemandem/etwas )überstülpt
etwas istjemandem (vonjemandem/etwas )überstülpt
etwas ist sich (vonjemandem/etwas )überstülpt
Vertalingen
impose on, cover, force upon, impose, put over
навязывать, надеть, накинуть, принуждать
encasquetar, poner encima, cubrir, forzar, imponer, voltear
aufsetzen, forcer, imposer, überziehen
kaplamak, zorla dayatmak, zorla geçirmek, örtmek
cobrir, encapar, forçar, impor
calcare, calcarsi testa, forzare, imporre, mettere sopra, sovrapporre
pune peste, impune
rátesz, ráerőltet, ráhelyez
zakładać, założyć, narzucać, nałożyć, przykryć
επικαλύπτω, καλύπτω, επιβάλλω
opzetten, opdringen, opleggen, overleggen, oversteken
přehodit, přetáhnout, násilně vnucovat
tvinga på, överdrag, övertäcka
overdække, overtrække, tvinge
かぶせる, 強制する, 押し付ける, 覆う
col·locar, imposar, superposar
kääriä, pakoittaa, pakottaa, peittää
legge over, overføre, tvinge
ezarri, inposatu, janzteko
nametnuti, prebaciti, staviti
наметнување, покривање, прекривање
nasilno vsiliti, pokriti, prekriti
nasadiť, násilne vnucovať, prekrývať
nametati, navući, prebaciti
nametnuti, navući, prebaciti
нав'язувати, накидати, накривати, примушувати
налагам, покривам, поставям, принуждавам
засунуць, навязваць, накінуць
להכריח، להניח، לכסות، לכפות
إجبار، إحاطة، تغطية، فرض
پوشاندن، تحمیل کردن، پوشش دادن
ڈھانپنا، زبردستی مسلط کرنا، مجبور کرنا، پوشش دینا
Vertalingen
Synoniemen
- a.≡ aufdrücken ≡ aufsetzen ≡ aufstülpen ≡ aufzwingen ≡ überstreifen ≡ überziehen
- z.≡ ankleiden ≡ anziehen ≡ bekleiden ≡ einkleiden ≡ hineinschlüpfen
Synoniemen
Vervoeging
überstülpt·
überstülpte· hat
überstülpt
Tegenwoordige tijd
überstülp(e)⁵ |
überstülpst |
überstülpt |
Verleden tijd
überstülpte |
überstülptest |
überstülpte |
Vervoeging