Gebruik van het Engelse werkwoord diffamieren
Gebruik van het Duitse werkwoord diffamieren (belasteren, smaad): met voorzetsels, indirect object, direct object, passieve informatie, gebruik en omgeving in het valentie-woordenboek.
C1 ·
werkwoord · haben · regelmatig · overgankelijk · <ook: passief>
Samenvatting
diffamieren
Objecten
(acc.)
-
jemand/etwas diffamiert
-
jemand/etwas diffamiert
jemanden -
jemand/etwas diffamiert
jemanden/etwas
Passief
passief mogelijk
Samenvatting
jemanden in seinem Ansehen schädigen, ihn herabsetzen, oder ihn in Verruf bringen; verleumden, beleidigen, verunglimpfen, herabsetzen, ausschimpfen
acc.
Actief
jemand/etwas diffamiert
jemand/etwas diffamiert
jemanden/etwas
Processueel passief
jemand/etwas wird (vonjemandem/etwas )diffamiert
Statieve passief
jemand/etwas ist (vonjemandem/etwas )diffamiert
(acc.)
Actief
jemand/etwas diffamiert
jemand/etwas diffamiert
jemanden
Processueel passief
- (von
jemandem/etwas ) wirddiffamiert
jemand wird (vonjemandem/etwas )diffamiert
Statieve passief
- (von
jemandem/etwas ) istdiffamiert
jemand ist (vonjemandem/etwas )diffamiert
Vertalingen
defame, vilify, villainise, villainize, brief against, disparage, slander
клеветать, опорочить, порочить, бесчестить, наклеветать, обесчестить, оклеветать, опорочивать, ...
difamar, caluminar, calumniar, desacreditar
diffamer
iftira etmek, itibarını zedelemek, karalamak, yermek, çamur atmak
difamar, caluniar
diffamare, calunniare
calomnia, defama
becsmérelni, rágalmazni
zniesławiać, zniesławić, szkalować
δυσφημώ, δυσφήμιση, συκοφάντηση
belasteren, smaad
hanobit, potupit, tupit, zhanobit, diskreditovat, pomlouvat
smutskasta, baktala, bringa i vanrykte, skymfa, smäda, förtala
bagtale, bagvaskelse, difamere
中傷する, 誹謗する, 名誉毀損
calumniar, difamar
herjata, panetella
difamere, sverte
belztu, difamatu, kalumniatu, zigortu
озлогласити, klevetati, ogovarati
дискредитира
diskreditirati, oblatiti
diskreditovať, ohovárať
diskreditovati, klevetati
klevetati, ogovarati
дискредитувати, підривати репутацію
клеветя, опетнявам
дискрэдаваць, падрываць рэпутацыю
הכפשה، לשון הרע
شهَر، إساءة السمعة، تشويه السمعة
افترا زدن، بدنام کردن
بدنام کرنا، نقصان پہنچانا
Vertalingen
Synoniemen
- a.≡ abkanzeln ≡ abqualifizieren ≡ absauen ≡ anmachen ≡ anmotzen ≡ anpampen ≡ anpöbeln ≡ anschwärzen ≡ ausschimpfen ≡ beleidigen, ...
Synoniemen
Vervoeging
diffamiert·
diffamierte· hat
diffamiert
Tegenwoordige tijd
diffamier(e)⁵ |
diffamierst |
diffamiert |
Verleden tijd
diffamierte |
diffamiertest |
diffamierte |
Vervoeging