Betekenis van het Duitse werkwoord überstehen

Betekenis van het Duitse werkwoord überstehen (doorstaan, doorkomen): eine mühevolle oder gefahrvolle Situation hinter sich bringen; in horizontaler Richtung über etwas hinausragen; aushalten; herausstehen; durchstehen;… met definities, beschrijvingen, uitleg, synoniemen en grammaticale informatie in het verklarend woordenboek.

B2 · werkwoord · haben · onregelmatig · intransitief · <ook: sein · overgankelijk · onafscheidelijk · scheidbaar · passief>

überstehen, über·stehen

Betekenissen

1. werkwoord · haben · onregelmatig · onafscheidelijk · <ook: overgankelijk · passief>
eine mühevolle oder gefahrvolle Situation hinter sich bringen, aushalten, durchstehen, ohne zu vergehen, mitmachen, überleben
2. werkwoord · haben · onregelmatig · intransitief · scheidbaar · <ook: sein⁹>
in horizontaler Richtung über etwas hinausragen, vorspringen, herausstehen, auskragen, hervorragen, vorstehen

⁹ Zuid-Duitsland


Samenvatting
1. werkwoord · haben · onregelmatig · onafscheidelijk · <ook: overgankelijk · passief>

Beschrijvingen

  • eine mühevolle oder gefahrvolle Situation hinter sich bringen
  • ohne zu vergehen, in Kauf nehmen, (jemandem) zustoßen, einen Streifen mitmachen, (es) schaffen, am Leben bleiben

Synoniemen

≡ aushalten ≡ ausharren ≡ ausstehen ≡ durchhalten ≡ durchkommen ≡ durchlaufen ≡ durchleben ≡ durchmachen ≡ durchstehen ≡ einstecken ≡ erfahren ≡ erleben ≡ erleiden ≡ ertragen ≡ fertigwerden ≡ hinnehmen ≡ hinwegkommen ≡ miterleben ≡ mitmachen ≡ passieren ≡ verkraften ≡ verleben ≡ verwinden ≡ überdauern ≡ überleben ≡ überwinden
2. werkwoord · haben · onregelmatig · intransitief · scheidbaar · <ook: sein⁹>

Beschrijvingen

  • in horizontaler Richtung über etwas hinausragen
  • vorspringen

Synoniemen

≡ auskragen ≡ herausgucken ≡ herausragen ≡ herausstehen ≡ hervorragen ≡ hervorstehen ≡ vorspringen ≡ vorstehen ≡ überkragen ≡ überragen
3. werkwoord · haben · onregelmatig · <ook: sein · overgankelijk · scheidbaar · onafscheidelijk · passief>

Vertalingen

Engels endure, overcome, protrude, jut out, project, survive, come through, get over, ...
Russisch выносить, выступать, выдержать, вынести, пережить, выдаваться, выдаться, выдерживать, ...
Spaans sobresalir, sobrevivir, superar, aguantar, descollar, pasar, protruir, soportar
Frans dépasser, surmonter, faire saillie, passer, réchapper de, réchapper à, supporter, surplomber, ...
Turks atlatmak, aşmak, üstesinden gelmek, üstünde olmak
Portugees aguentar, protruir, resistir a, sobressair, superar, suportar, vencer
Italiaans sporgere, superare, sopportare, aggettare, resistere a, sopravvivere, sopravvivere a, sorpassare, ...
Roemeens depăși, ieși în afară, supraviețui
Hongaars kibújik, kiáll, túlél, átvészel
Pools przetrwać, wystawać, przebyć, przetrzymać, wytrzymać, znieść
Grieks ξεπερνώ, προεξέχει, προεξέχω, υπερβαίνω
Nederlands doorstaan, doorkomen, overleven, oversteken, te boven komen, uitsteken
Tsjechisch přesahovat, přežít, vydržet, vyčnívat
Zweeds uthärda, sticka ut, överskrida, övervinna
Deens gennemgå, overleve, række ud over
Japans 乗り越える, 突出する, 耐える, 超える
Catalaans sobresortir, acabar vencent, aguantar, projectar, resistir, ressaltar, sobreviure, superar
Fins selviytyä, ylittää, yläpuolella
Noors overvinne, stikke ut, stå imot
Baskisch gainditu, gainera irten, jasateko
Servisch izdizati se, izdržati, preživeti, protrčati
Macedonisch извишување, издржувам, преживеам
Sloveens premagati, presegati, preživeti
Slowaaks prežiť, vyčnievať, zvládnuť
Bosnisch izdizati se, izdržati, iznad, preživjeti
Kroatisch izbočiti, izdržati, izviti, preživjeti
Oekraïens виступати, витримати, виходити за межі, пережити
Bulgaars издържам, излизам, изпъквам, преживявам
Wit-Russisch выжыць, выступаць, перажыць
Hebreeuwsלבלוט، לצאת، לשרוד
Arabischتجاوز، الصمود، نجى
Perzischتحمل کردن، فرا رفتن، پشت سر گذاشتن، ازخطر عبور کردن
Urduباہر نکلنا، بچنا، سنبھالنا، پہنچنا

Vertalingen

Synoniemen

1. eine mühevolle oder gefahrvolle Situation hinter sich bringen; aushalten, durchstehen, ohne zu vergehen, mitmachen, überleben
≡ aushalten ≡ ausharren ≡ ausstehen ≡ durchhalten ≡ durchkommen ≡ durchlaufen ≡ durchleben ≡ durchmachen ≡ durchstehen ≡ einstecken, ...
2. in horizontaler Richtung über etwas hinausragen; vorspringen; herausstehen, auskragen, hervorragen, vorstehen
≡ auskragen ≡ herausgucken ≡ herausragen ≡ herausstehen ≡ hervorragen ≡ hervorstehen ≡ vorspringen ≡ vorstehen ≡ überkragen ≡ überragen

Synoniemen

Toepassingen

(acc.)

passief mogelijk


Voorzetsels Toepassingen

Vervoeging

übersteht · überstand (überstünde/überstände) · hat überstanden

steht über · stand über (stünde/stände über) · hat übergestanden

steht über · stand über (stünde/stände über) · istübergestanden

Vervoeging
 

Opmerkingen



Inloggen

⁹ Zuid-Duitsland ⁵ alleen in informeel taalgebruik ⁷ verouderd

* De synoniemen zijn deels afkomstig van OpenThesaurus (openthesaurus.de) en kunnen achteraf zijn aangepast. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 4.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0) licentie: überstehen

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 521198, 521198