Gebruik van het Engelse werkwoord kleinmachen

Gebruik van het Duitse werkwoord kleinmachen (verkleinen, verlagen): met voorzetsels, indirect object, direct object, passieve informatie, gebruik en omgeving in het valentie-woordenboek.

werkwoord · haben · regelmatig · scheidbaar · <ook: overgankelijk · reflexief · passief>

klein machen

Objecten

(sich+A, acc.)

jemand/etwas macht klein
jemand/etwas macht etwas klein
jemand/etwas macht jemanden klein
jemand/etwas macht jemanden/etwas klein
jemand/etwas macht sich klein

Passief

passief mogelijk

Samenvatting

Betekenissen Vertalingen Synoniemen Vervoeging

a. werkwoord · haben · regelmatig

verkleinern oder erniedrigen

Actief

jemand/etwas macht klein

Passief

passief niet mogelijk

Samenvatting Betekenissen Vertalingen Synoniemen Vervoeging

z. werkwoord · haben · regelmatig · scheidbaar · <ook: overgankelijk · reflexief · passief>

wechseln

(sich+A, acc.)

Actief

jemand/etwas macht etwas klein
jemand/etwas macht jemanden klein
jemand/etwas macht jemanden/etwas klein
jemand/etwas macht klein
jemand/etwas macht sich klein

Processueel passief

etwas wird (von jemandem/etwas) gemacht klein
jemand wird (von jemandem/etwas) gemacht klein
jemand/etwas wird (von jemandem/etwas) gemacht klein

Statieve passief

etwas ist (von jemandem/etwas) gemacht klein
jemand ist (von jemandem/etwas) gemacht klein
jemand/etwas ist (von jemandem/etwas) gemacht klein

Samenvatting Betekenissen Vertalingen Synoniemen Vervoeging

Vertalingen

belittle oneself, change, chop up, cut up, little, make oneself small, degrade, diminish, ...

уменьшать, понижать

agacharse, cambiar, picar, ser sumisa, ser sumiso, someterse, triturar, disminuir, ...

diminuer, réduire

küçültmek, aşağılamak

humilhar, humilhar-se, rebaixar, rebaixar-se, diminuir, reduzir

cambiare, consumare, dilapidare, abbassare, ridurre

micșora, încetini

kicsinyít, csökkent

zmniejszać, obniżać

ελαττώνω, μειώνω

verkleinen, verlagen

ponížit, zmenšit

förminska, minska, sänka

formindske, nedsætte

減少する, 縮小する

menjar, reduir

alentaa, pienentää

forkorte, redusere

murriztu, txikitu

poništiti, smanjiti, umanjiti

намалување, понижување

zmanjšati, znižati

zmenšiť, znižovať

smanjiti, umanjiti

poniziti, smanjiti, umanjiti

зменшувати, принижувати

намалявам, понижавам

зменшыць, знізіць

להקטין، להשפיל

تصغير، خفض

کوچک کردن، کاهش دادن

چھوٹا کرنا، کم کرنا

Vertalingen

Synoniemen

Nog geen synoniemen gedefinieerd.

Vervoeging

macht klein · machte klein · hat klein gemacht

Tegenwoordige tijd

mach(e)⁵	klein
machst	klein
macht	klein

Verleden tijd

machte	klein
machtest	klein
machte	klein

Vervoeging