Definitie van het werkwoord tranchieren
Definitie van het werkwoord tranchieren (trancheren, in stukken snijden): Essen; Fleisch, Braten oder Geflügel fachgerecht zerlegen; zerlegen; teilen; zerteilen; filetieren; unterteilen met betekenissen, synoniemen, voorzetsels, objecten met naamval, grammaticale informatie, vertalingen en vervoegingstabellen.
tranchieren
tranchiert
·
tranchierte
·
hat tranchiert
carve, slice
[Kochen] Fleisch, Braten oder Geflügel fachgerecht zerlegen; zerlegen, teilen, zerteilen, filetieren, unterteilen
(acc.)
» Können Sie das Hühnchen tranchieren
? Can you carve the chicken?
Betekenissen
- a.[Kochen] Fleisch, Braten oder Geflügel fachgerecht zerlegen, zerlegen, teilen, zerteilen, filetieren, unterteilen
- z.<ook: vert.> Nog geen betekenis gedefinieerd.
Vervoeging Betekenissen
Toepassingen
Synoniemen
- a.≡ abwracken ≡ atomisieren ≡ auflösen ≡ aufschneiden ≡ aufspalten ≡ aufteilen ≡ auftrennen ≡ ausbauen ≡ ausbeinen ≡ auseinanderbauen, ...
Synoniemen
Voorbeeldzinnen
- Können Sie das Hühnchen
tranchieren
?
Can you carve the chicken?
- Viele Hobbyköche zögern, wenn sie etwas
tranchieren
sollen.
Many hobby cooks hesitate when they need to slice something.
Voorbeeldzinnen
Vertalingen
- carve, slice
нарезать, потрошить, разрезать, резать, разделывать
trinchar, cortar, deshuesar, trocear
découper, trancher
dilimlemek, doğramak, parçalamak
trinchar, desossar, fatiar
tranciare, trinciare, tagliare a fette, disossare, tagliare
tăia, desface
felvágás, szeletelés
kroić, pokroić, dzielenie, krojenie
τεμαχίζω, κόβω
trancheren, in stukken snijden, snijden
krájet, dranžírovat, rozkrájet, porcovat
tranchera, skära, stycka
partere, skære for, tranchere, skære
トランシエーレ, 切り分ける
desossar, tallar
leikata
skjære
zatikatu, ebaki, zatitu
rezati, seći
разделување, сечкање
rezati, trgati
krájať, porciovať
rezati, seći
rezati, sjeći
нарізати, розділяти
разделям, разфасовам
раздзіраць, разразаць
חיתוך، פריסה
قطع، تقطيع
تکه تکه کردن، برش دادن
ٹکڑے کرنا، کاٹنا
Vertalingen
Vervoeging
tranchiert·
tranchierte· hat
tranchiert
Tegenwoordige tijd
tranchier(e)⁵ |
tranchierst |
tranchiert |
Verleden tijd
tranchierte |
tranchiertest |
tranchierte |
Vervoeging