Betekenis van het Duitse werkwoord ausüben

Betekenis van het Duitse werkwoord ausüben (uitoefenen, verrichten): etwas vollstrecken, vollführen, etwas zur Wirkung bringen; einer Sache nachgehen; ausführen; machen; beherrschen; handhaben met definities, beschrijvingen, uitleg, synoniemen en grammaticale informatie in het verklarend woordenboek.

B1 · werkwoord · haben · regelmatig · overgankelijk · scheidbaar · <ook: passief>

aus·üben

Betekenissen

a.etwas vollstrecken, vollführen, etwas zur Wirkung bringen, ausführen, exekutieren, vollführen, vollstrecken
b.einer Sache nachgehen, machen, nachgehen
z.beherrschen, handhaben, betreiben, bekleiden (Amt), geltend machen (Einfluss), praktizieren

Samenvatting
a. werkwoord · haben · regelmatig · overgankelijk · scheidbaar · <ook: passief>

Beschrijvingen

  • etwas vollstrecken, vollführen, etwas zur Wirkung bringen

Synoniemen

≡ ausführen ≡ exekutieren ≡ vollführen ≡ vollstrecken
b. werkwoord · haben · regelmatig · overgankelijk · scheidbaar · <ook: passief>

Beschrijvingen

  • einer Sache nachgehen

Synoniemen

≡ machen ≡ nachgehen
z. werkwoord · haben · regelmatig · overgankelijk · scheidbaar · <ook: passief>

Beschrijvingen

  • geltend machen (Einfluss), tätig sein, bekleiden (Amt), amtieren (als), versehen (Dienst), tätig sein (als), wirken (als), arbeiten (als)

Synoniemen

≡ bedienen ≡ beherrschen ≡ betreiben ≡ betätigen ≡ handhaben ≡ machen ≡ nachgehen ≡ praktizieren ≡ verrichten

Vertalingen

Engels exercise, perform, practice, execute, practise, wield, administrate, bear, ...
Russisch осуществлять, выполнять, заниматься, выполнить, заняться, оказывать, осуществить, практиковать, ...
Spaans ejercer, practicar, desempeñar, ejecutar, realizar, regentar, usar, ejercitar, ...
Frans exercer, pratiquer, exercer sur, remplir, s'acquitter de
Turks icra etmek, uygulamak, yapmak
Portugees praticar, exercer, desempenhar, executar, ocupar, professar
Italiaans esercitare, praticare, eseguire, professare
Roemeens exercita, practica, îndeplini
Hongaars gyakorolni, folytat, folytatni, gyakorol, végrehajtani, űz
Pools wykonywać, praktykować, realizować, wykonać, wywierać
Grieks ασκώ, άσκηση, εκτελώ, ενασχόληση
Nederlands uitoefenen, verrichten, aanwenden, bedrijven, beoefenen, doen gelden, praktiseren
Tsjechisch vykonávat, provádět, provozovat, vykonávatnat, zastávat
Zweeds utöva, praktisera, utföra
Deens udøve, praktisere, udføre
Japans 実行する, 営む, 行う, 遂行する
Catalaans exercir, practicar, realitzar
Fins harjoittaa, käyttää, suorittaa, toimia
Noors utøve, praktisere, utføre, øve
Baskisch exekutatu, burutu, praktikatu
Servisch izvršavati, praktikovati, sprovoditi, vežbati
Macedonisch извршување, вежба, постигнување
Sloveens izvajati, ukvarjati se, uveljaviti
Slowaaks vykonávať, praktizovať, realizovať
Bosnisch izvršavati, izvršiti, praktikovati, provoditi
Kroatisch izvršiti, prakticirati, provoditi, vježbati
Oekraïens виконувати, здійснювати, займатись, займатися, практикувати, володіти
Bulgaars изпълнявам, осъществявам, упражнявам
Wit-Russisch ажыццявіць, выканаць, выконваць, практыкаваць
Indonesisch melaksanakan, melakukan, mengejar masalah
Vietnamees theo đuổi vụ việc, thực hiện
Oezbeeks amalga oshirmoq, bir masalani izlab borish
Hindi अधिकार का प्रयोग करना
Chinees 实施, 执行, 跟进某事
Thais ดำเนินการ, ไล่ตามเรื่อง
Koreaans 사안을 추적하다, 실행하다
Azerbeidzjaans bir məsələni araşdırmaq, icra etmək
Georgisch გახორციელება, მოიკვლიო საკითხი
Bengaals মামলার তদন্ত করা, সম্পাদন করা
Albanees ekzekuto, kryej, ndjek një çështje
Marathi अंमलात आणणे, प्रकरणाचा पाठपुरावा करणे
Nepalees कार्यान्वयन गर्नु, मामलालाई पछ्याउन
Telugu నిర్వహించడం, విషయాన్ని అనుసరించడం
Lets izpildīt, sekot līdzi jautājumam
Tamil நடத்துவது, பின்தொடருதல்
Ests teemat jälgima, teostama
Armeens կատարել, հետապնդել հարցը
Koerdisch bir masaleyi lêkolîn kirin, kirin
Hebreeuwsלהפעיל، לממש، לעסוק
Arabischممارسة، تطبيق، تنفيذ، زاول، مارس، زاول مارس
Perzischاجرا کردن، اشتغال داشتن به، اعمال کردن، انجام دادن، برعهده داشتن کاری، به کار بستن، عمل کردن، عمل کردن به
Urduعمل کرنا، مشق کرنا، نفاذ کرنا
...

Vertalingen

Synoniemen

Toepassingen

(acc., auf+A)

  • jemand/etwas übt auf jemanden/etwas etwas aus
  • jemand/etwas übt etwas auf jemanden aus
  • jemand/etwas übt etwas auf jemanden/etwas aus

passief mogelijk


Voorzetsels Toepassingen

Vervoeging

übt aus · übte aus · hat ausgeübt

Vervoeging
 

Opmerkingen



Inloggen

⁵ alleen in informeel taalgebruik

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 84620, 84620

* De synoniemen zijn deels afkomstig van OpenThesaurus (openthesaurus.de) en kunnen achteraf zijn aangepast. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 4.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0) licentie: ausüben