Definitie van het zelfstandig naamwoord Gutgläubigkeit

Definitie van het zelfstandig naamwoord Gutgläubigkeit (goedgelovigheid, goede trouw): die Eigenschaft, bei anderen von Aufrichtigkeit und guten Absichten auszugehen; unvoreingenommen Glauben zu schenken; Naivität; Leichtgläubigkeit; Ein… met betekenissen, synoniemen, grammaticale informatie, vertalingen en verbuigingstabellen.

C2 · zelfstandig naamwoord · vrouwelijk · onregelmatig · -, -
Gutgläubigkeit, die

Gutgläubigkeit · -

Engels credulity, good faith, gullibility, naivety, trustfulness

die Eigenschaft, bei anderen von Aufrichtigkeit und guten Absichten auszugehen; unvoreingenommen Glauben zu schenken; Naivität, Leichtgläubigkeit, Einfalt, Blauäugigkeit

» Sie ist voller Gutgläubigkeit . Engels She is full of good faith.

Betekenissen

a.die Eigenschaft, bei anderen von Aufrichtigkeit und guten Absichten auszugehen, unvoreingenommen Glauben zu schenken, Naivität, Leichtgläubigkeit, Einfalt, Blauäugigkeit
z.Nog geen betekenis gedefinieerd.

Verbuiging Betekenissen

Synoniemen

Voorbeeldzinnen

  • Sie ist voller Gutgläubigkeit . 
    Engels She is full of good faith.
  • Es ist verwerflich, jemandes Gutgläubigkeit auszunutzen. 
    Engels It's reprehensible to exploit a person's gullibility.
  • Seine Gutgläubigkeit wurde von den Verkäufern dann auch prompt schamlos ausgenutzt. 
    Engels His good faith was then shamelessly exploited by the sellers.

Voorbeeldzinnen

Vertalingen

Engels credulity, good faith, gullibility, naivety, trustfulness
Russisch доверчивость, добросо́вестность, дове́рчивость, легкове́рие, доброжелательность, наивность
Spaans buena fe, credulidad
Frans crédulité, bonne foi, croyance, naïveté
Turks iyi niyet, saflık, naiflik
Portugees boa-fé
Italiaans buona fede, fiducia
Roemeens bună-credință, bună credință
Hongaars jóhiszeműség
Pools ufność, łatwowierność, dobrej wiary, dobroć, naivność
Grieks καλοπιστία, καλή πίστη
Nederlands goedgelovigheid, goede trouw, te goeder trouw
Tsjechisch naivita, dobromyslnost, dobrá víra, důvěra
Zweeds godtrogenhet, god tro
Deens godtro
Japans 信頼, 善意, 無邪気な信頼, 誠実さ
Catalaans bona fe, credulitat
Fins usko
Noors godtro
Baskisch konfiantza, oneratasuna, sinisgarritasun
Servisch naivnost, dobrovernost
Macedonisch добросрдечност, наивност
Sloveens dobrovernost
Slowaaks dobrá vôľa, dôvera
Bosnisch naivnost, dobročinstvo
Kroatisch naivnost, dobrohotnost, dobročinstvo
Oekraïens доброчесна віра, доброчесність
Bulgaars наивност, доверчивост
Wit-Russisch доверлівасць, доверліваць, наіўнасць
Hebreeuwsתמימות، נאיביות
Arabischحسن النية، سذاجة
Perzischخوش‌باوری
Urduایمانداری، نیک نیتی

Vertalingen

Verbuiging

Gutgläubigkeit · -

Verbuiging
 

Opmerkingen



Inloggen

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 433403